(graaf) royalistisch partijganger ten tijde der fransche revolutie, geb. 1754 te Mortagne-sur-Huisne, trad als officier in dienst bij de zwitsersche garde en werd door den adel van Normandië als afgevaardigde naar de Staten Generaal gezonden, waar hij zich den monarchaal-constitutioneelen regeeringsvorm genegen toonde. In 1793 sloot hij zich bij een royalistischen opstand in Normandië aan en plaatste zich vervolgens aan het hoofd van den opstand der Chouans in Bretagne.
In Sept. 1794 begaf hij zich naar Londen, waar hij van den prins onbeperkte volmacht kreeg en bewoog het britsche ministerie tot het uitrusten der z.g. expeditie van Quiberon, die echter tengevolge van de oneenigheid onder de aanvoerders totaal mislukte. Later werd hij als al te gematigd verdacht bij de royalisten en trok zich 1797 op een hem door de britsche regeering geschonken landgoed in Canada terug. In 1801 kwam hij weer naar Londen; hij overl. 13 Sept. 1827 nabij Hammersmith. Zijn Mémoires verschenen te Londen 1805—06 in 6 dln., en meerm.; zij riepen een heftige polemiek in het leven.
