Zweedsch-amerikaansch ingenieur, geb. 31 Juli 1803 in Wermland, diende in het zweedsche leger, klom op tot luitenant, vond in 1822 een heete-luchtmachine uit, besloot daarop, hoewel zijn uitvinding aanvankelijk weinig opgang maakte, zich geheel aan den machinebouw te wijden, nam ontslag, vestigde zich in Engeland, ging in 1839 naar de Vereenigde Staten, en stierf 8 Maart 1889 te New-York; zijn stoffelijk overschot werd in 1890 naar Zweden overgebracht. Hij bracht een geheele omwenteling in den bouw der marineschepen teweeg.
Zijn broeder, Nils E. (sinds hij geadeld werd Ericson) klom in Zweedschen dienst op tot overste bij het korps ingenieurs der vloot (1850), en was van 1855—62 hoofd-directeur der zweedsche staatsspoorwegen, vele van wier lijnen zijn werk zijn: hij stierf 8 Sept. 1870.