Gepubliceerd op 23-02-2021

Johannes adrianus korteweg

betekenis & definitie

nederl. geneeskundige, geb. 1852 te ’s Hertogenbosch, promoveerde in 1877 te Leiden tot doctor in de geneeskunde op proefschrift: De oorzaken der breukbeklemming, was achtereenvolgens assistent aan het Academisch ziekenhuis te Leiden, geneesheer aan het Nederl. Israël, ziekenhuis te Amsterdam, heelkundige aan het kinderziekenhuis aldaar; voorts van 1887—89 hoogleeraar in de heelkunde te Groningen, van 1889—1901 idem te Amsterdam en is sedert 1901 hoogleeraar in de heelkunde te Leiden, nam in 1900 ais consulteerend heelkundige der Roode Kruis-ambulance deel aan den oorlog in Zuid-Afrika.

< >