Gepubliceerd op 18-03-2021

Joh. heinr. roos

betekenis & definitie

landschap- en dierschilder, te Otterndorf in de Palts in 1631 geb., kwam als knaap naar Amsterdam, waar hij bij den historieschilder Julien du Jardin en later bij B. Graat en Adriaan de Bije onderricht ontving.

De getrouwe wijze waarop hij de natuur kon wedergeven en de gelukkige groepeering zijner dieren, gepaard met een krachtig en aangenaam koloriet maakten hem tot een der gezochtsle dierschilders. In 1657 vestigde hij zich te Frankfort, waar hij als portretschilder een aanzienlijk vermogen verdiende. Zijn schilderijen en teekeningen worden zeer duur betaald.Zijn broeder, Theod. R., in 1638 te Wesel geb., kreeg eveneens zijn opleiding bij Adriaan de Bije en werkte voor bijna alle hoven van Duitschland. Een reeks van zes kleine veestukjes, die hij in 1667 in koper etste, zijn beroemd wegens hun groote zeldzaamheid. Hij overl. in 1698.

Van de zonen van Joh. Heinr. R. hebben als schilders uitgemunt: Philipp Peter R., in 1657 te Frankfort geb., die, omdat hij te Tivoli leefde, ook Rosa di Tivoli genaamd werd. Ten gevolge zijner ongeregelde leefwijze overleed hij te Rome in groote ellende in 1705. Zijn schilderijen waren geestig opgevatte, phantastische landschappen met vee. Joh. Melchior R., geb. in 1659, de navolger zijns vaders.

De kleinzoon van Joh. Heinr., Joseph R., later inspecteur der galerijen te Weenen, in 1728 geb. en in 1805 gest., schilderde, teekende en graveerde in de manier van zijn grootvader.

< >