Gepubliceerd op 20-01-2021

Jean louis dubut de laforest

betekenis & definitie

Fransch letterkundige, geb. 1853 te Saint-Pardoux (dept Dordogne); bekleedde eenigen tijd een post bij de prefectuur van Dordogne, en wijdde zich daarop geheel aan de letteren; hij schreef verscheidene romans, met vlugge dialoog en van een goeden stijl, doch steeds gevuld met zinprikkelende schilderingen van verdorven zeden en geheel voor het „groote publiek’’ geschreven; te noemen zijn: les Dames de Lamète (1880), le Séve d'un viveur (1883), Mademoiselle Tantale (1884), le Gaga (1885), la Bonne a tout faire (1886), le Cornac (1887). l’Homme de joie (1889), la Femme d’affaires (1890), la Haute Bande (1893), les Petites Rastas (1894), Angela Bouchaud, demoiselle de magasin (1896), les Deniers Scandales de Paris (1897). Hij schreef ook voor „Figaro ’, meest onder den schuilnaam Jean Tolbiac.

< >