Fransch agitator en geschiedschrijver, geb. 29 Oct. 1811 te Madrid, waar zijn vader inspecteur-generaal van financiën was, onder koning Josepb Bonaparte; hij bracht zijn kinderjaren op Corsica door, en voorzag, toen zijn familie door de revolutie van 1830 geruïneerd was, met lesgeven (wiskunde) in zijn onderhoud: zich te Parijs gevestigd hebbende begon hij zich aan de journalistiek te wijden, werd in 1837 chef-redacteur van het tijdschrift Bon Sens, lichtte in 1839, met het doel de meer vooruitstrevende elementen der democratie te vereenigen, de Revue du Progres op, en gaf in 1840 zijn beroemd werk IJ organisation du travaïl in het licht, en kort daarna zijn Histoire de dix ans, hetwelk veel bijdroeg tot den val der Juli-regeering; na de Februari-revolutie aanvaardde hij een plaats in het voorloopig bestuur, eischte de instelling van een ,,ministère du progrès“, en dwong het bestuur een besluit af, waarin den arbeiders onderhoud door den arbeid werd gewaarborgd, waarin dus' liet recht op arbeid erkend werd ; schijnbaar om aan dit besluit begin van uitvoering te geven, doch eigenlijk om tijd te winnen, benoemde het voorloopig bestuur een „commission des travailleurs,“ welke tot taak had den economischen toestand van het arbeidende volk te bestudoeren, en waarvan B. tot voorzitter werd aangewezen; intusschen werden nationale werkplaatsen geopend, doch spoedig weer opgeheven, en het geheele besluit verliep in eindelooze discussion in het Luxembourg. B’s vijanden zochten intusschen zijn gedrag en zijn bedoelingen zoowel bij zijn partijgenooten als bij zijn tegenstanders in verdenking te brengen, en na de Junidagen achtte hij het geraden de wijk te nemen; hij begaf zich naar Londen, trad hier in het huwelijk, schreef er enkele zijner beste werken, als Histoire de la Révolution française, en keerde eerst in Sept. 1870 naar Frankrijk terug, nam weer ijverig deel aan liet politieke leven, werd lid van de Assemblée nationale, waarin hij een der voornaamste en meest gematigde woordvoerders der uiterste linkerzijde was, werd in 1876 lid van de Kamer van afgevaardigden, zag zich in 881 herkozen, en overleed 6 Dec. 1882 te Cannes: hij werd op staatskosten te Parijs begraven.
De theoretische grondslag van B.’s socialisme ligt saamgevat in zijn geliefkoosde formule: Â chacun selon ses besoins, à chacun selon ses facultés: Een ieder moet ontvangen naar zijn redelijke behoeften, iedereen behoort te handelen naar de hem geschonken bekwaamheid.