Gepubliceerd op 28-02-2021

Jan willem pieneman

betekenis & definitie

nederl. historieschilder, geb. 4 Nov. 1779 te Abcoude, opgeleid aan de teekenacademie te Amsterdam, werd onderwijzer in de teekenkunst bij de artillerie- en genieschool te Amersfoort, in 1816 directeur van het koninklijk kabinet van schilderijen te ’s Gravenhage en in 1820 directeur der kon. academie van beeldende kunsten te Amsterdam. Hij overl. 3 April 1853 te Amsterdam.

Tot zijn voornaamste werken behooren: Een episode uit het leven van Hambroek, en een andere uit het leven van Jakob Simonsz. de Rijk, Van zijn portretten verdient genoemd te worden dat van mevrouw Wattier-Ziesenis als Agrippina in Racine’s „Britannicuis”. Bekend zijn vooral zijn drie episoden uit het krijgsmansleven van koning Willem II, toen nog prins van Oranje. De een stelt het oogenblik voor, waarop in den tiendaagschen veldtocht het nederl. leger voor de stad Hasselt staat en de afgevaardigden dier stad in het hoofdkwartier des prinsen komen om haar overgave te berichten. De tweede is de Slag bij Quatre-Bras, op het oogenblik dat de prins van Oranje zijn troepen tegen den vijand aanvoert. De derde is een voorstelling van den Slag van Waterloo. Zij munten uit zoowel in groepeering als in natuurlijkheid van koloriet en nauwkeurigheid in de details, en de gelijkenis van vele der personen is treffend.

< >