japansch staatsman, geb, 1838 in een dorp in de provinci Choshioe, zoon van een landbouwer, kwam in dienst bij den prins-gouverneur dier provincie, werd door dezen met een geheime zending naar Yeddo belast, en kwam hier voor het eerst in aanraking met Europeanen. Van zijn zending teruggekeerd, besloot hij, met medeweten van den hem zeer toegenegen gouverneur, om voor eenigen tijd naar Europa te gaan, teneinde de vreemdelingen nader te leeren kennen.
Toenmaals was het bezoeken van een vreemd land nog een halsmisdaad in Japan, zoodat I. met de grootste omzichtigheid te werk moest gaan. Met vier andere jongelieden scheepte hij zich in 1863 te Nagasaki in naar Shanghai, waar hij met zijn vriend Inoeye aanmonsterde op het schip Pegasus, bestemd voor Londen. Hier hielden zij zich een jaar lang. op, zich met ijver aan de studie der europeesche zeden, gebruiken enz. wijdende. Toen grepen er in Japan gebeurtenissen plaats, die I. deden besluiten terug te keeren. De gouverneur van Chishioe, zijn beschermer, weigerde n.l. het verdrag te erkennen waarbij de straat van Simonoseki opengesteld werd voor de europeesche vaart, deed batterijen aan de kust oprichten en gaf bevel alle passeerende schepen in den grond te boren. L, duidelijk het gevaar inziende dat zijn beschermer liep, besloot te trachten hem tot andere gedachten te brengen en ging naar Japan terug.
Zijn pogingen waren echter vruchteloos, waarop de europeesche mogendheden hun toevlucht namen tot geweld. De rol, die I. in deze zaak had vervuld, bezorgde hem vele vijanden en er werden in den eersten tijd gedurig aanslagen op zijn leven gedaan; bij een daarvan vluchtte hij in een theehuis en werd gered door een meisje, waarmee hij later huwde. In 1868 werd I. tot gouverneur van Hiogo benoemd en in 1869 tot onderminister van financiën. In 1871 vergezelde hij Iwakoera op een belangrijke zending naar Europa; in diplomatiek opzicht mislukte deze zending, doch er werden gedurende de reis belangrijke relaties aangeknoopt met europeesche autoriteiten op het gebied van onderwijs, marine en militaire zaken. Naar Japan teruggekeerd kreeg I. achtereenvolgens allerlei hooge betrekkingen. In 1882 werd hij naar Europa gezonden om de verschillende staatsinrichtingen aldaar te bestudeeren en na zijn terugkomst belast met het samenstellen van een ontwerp eener grondwet; hij nam de Pruisische constitutie tot voorbeeld.
I. was viermaal minister-president, n.l. 1886—88, 1892-96, Jan. 1898—Juni 1898 en Oct. 1900— Juni 1901. Hij werkte gedurende dezen tijd met alle kracht voor de invoering in Japan van de europeesche beschaving en is als de schepper van de moderne mogendheid Japan te beschouwen. Op het einde van 1901 ondernam hij een nieuwe reis door Europa en de Vereenigde Staten.