1) Aelius, grieksch grammaticus uit Alexandrië, zoon van Apollonius Dyscolus, arbeidde in de 2de helft der 2de eeuw na Chr. te Rome, waar hij de gunst genoot van keizer Marcus Aurelius, op wiens aansporing hij zijn hoofdwerk vervaardigde, een Algemeene Prosodie (in hoofdzaak leer van het accent) in 21 boeken. Een afzonderlijk werk van hem over de Homerische Prosodie is in uittreksels bewaard gebleven in de scholiën op Homerus; overigens is er weinig vlan zijn werken overgebleven.
2) Grieksch geschiedschrijver uit Syrië, omstreeks 170— 240 na Chr., bekleedde te Rome verschillende openbare ambten en schreef aldaar de geschiedenis van zijn tijd, van den dood van keizer Marcus Aurelius (180) tot aan Gordianus III (238), in 8 boeken, uitmuntend door eenvoudigheid en helderheid in de voorstelling.
