Gepubliceerd op 23-02-2021

Henri van der hoeven

betekenis & definitie

geb. 1843 te Breda, promoveerde te Leiden tot doctor in de beide rechten, in 1864, op proefschrift: Opmerkingen over de nederl. strafwetgeving voor het krijgsvolk te lande, en werd in 1867 benoemd tot leeraar aan de hoogere burgerschool te Breda, in 1869 tot subst.-officier van justitie te Brielle, in 1873 tot officier van justitie aldaar, in 1877 tot advocaat-generaal bij het gerechtshof te ’s Gravenhage en is sedert 1879 hoogleeraar te Leiden, tevens voorzitter van de staatscommissie voor de statistiek van den in-, uit- en doorvoer en secretaris van het college voor de zeevisscherijen. Voornaamste werken: Geschiedenis van het militair recht, tijdschrift-artikelen, ontwerp wetboek van militair strafrecht en ontwerp der wet op de krijgstucht.

< >