Gepubliceerd op 17-02-2021

Henri ii van guise

betekenis & definitie

(vijfde hertog) kleinzoon van den vorige, geb. 1614, werd jong bisschop van Reims; door den dood zijns vaders en van zijn ouderen broeder hoofd der familie geworden verliet hij den geestelijken stand, geraakte in geschil met Richelieu, en sloot zich bij den opstand van den graaf van Soissons aan; ontkwam na de onderdrukking der beweging naar Brussel, waagde het in 1644 terug te keeren, maakte den veldtocht tegen de habsburgsche mogendheden mede, en begaf zich in 1646 naar Rome; de opstand te Napels onder Masaniello scheen hem een gunstige gelegenheid om de oude rechten van het huis Anjou, waarvan hij een afstammeling was, te doen gelden; einde 1647 stelde hij zich aan het hoofd der opstandelingen, werd echter door de Spanjaarden gevangen genomen en eerst in Aug. 1652 weer vrijgelaten, mengde zich in Frankrijk in de troebelen der Fronde, hervatte in 1654 zijn napolitaansch avontuur, met hetzelfde gevolg, werd daarop groot-kamerheer aan het hof van Lodewijk XIV en overl. 1664 te Parijs, zonder nakomelingen.

< >