nederl. rechtsgeleerde, 1785—1833, vestigde zich 1808 te Leeuwarden, zijn geboorteplaats, als advocaat, werd , 1616 hoogl. in de rechtsgeleerdheid te Franeker, 1821 te Groningen; verhandelingen enz. in de ,,Bijdragen tot rechtsgeleerdheid en wetgeving” en andere vaktijdschriften; ook beoefenaar der oude talen en dichter. Levensbeschrijving van de hand van S.
Gratama, 1834.