Gepubliceerd op 14-03-2021

François marie arouet de voltaire

betekenis & definitie

(sedert zijn 20ste jaar de V. geheeten), fransch schrijver, geb. en overl. te Parijs 1694—1778, maakte zijn studiën bij de Jezuïeten. Hij werd het eerst bekend doordat hij in de Bastille werd opgesloten voor een satire, welke hij niet had vervaardigd (1717).

In deze gevangenis begon hij zijn Henriade en voltooide hij zijn eerste treurspel Oedipe (1718). In 1722 schreef hij zijn befaamde Epitre à Uranie; in 1725 werd hij op last van den ridder van Rohan op een dracht stokslagen onthaald, omdat hij deze in een puntdicht had aangevallen en kort daarna (1726) geraakte hij andermaal in de Bastille. Toen hij weder op vrije voeten was gesteld, vertrok hij naar Engeland, waar hij verbleef tot 1729. Na zijn terugkeer in het vaderland werden achtereenvolgens verschillende treurspelen van hem met succes opgevoerd, o. a. Bmtus ^ (1730), Zaïre (1732), F. M. A.

Voltaire. La mort de César, terwijl een aantal van zijn werken het licht zagen, welke al spoedig vermaardheid verwierven, b.v. L’histoire de Charles XII (1731), Remarques sur les pensées de Pascal (1734) en de Lettres anglaises of Lettres philosophiques. Deze laatste werden op bevel van het parlement verbrand en brachten zelfs zijn vrijheid in gevaar. Hij ging nu naar Cirey, bij mad. du Châtelet, hield zich daar bezig met natuur- en meetkunde en schreef er o. a. de treurspelen Alzire (1736), Mahomet (1742) en Mérope (1743), alsmede Le mondain, Discours sur l’homme (1738), waarin hij; zijn eigenaardige rationalistische theorieën blootlegde. In 1745 keerde hij naar Parijs terug, waai’ hij bij het hof in gunst kwam, tot lid der Academie werd gekozen en zijn Poème de Fontenoy vervaardigde. In 1747 vestigde hij zich te Sceaux bij de hertogin van Maine, vervolgens verbleef hij eenigen tijd te Nancy, doch koos in 1749 andermaal Parijs tot woonplaats, inmiddels zijn eerste wijsge erige verhalen Zadig en en Micromégas de wereld inzendend. Slechts één jaar bleef de onrustige V. thans in zijn geboorteplaats wonen; gehoor gevend aan een uitnoodiging. van koning Frederik II van Pruisen, een groot vriend en beoefenaar der fransche letteren, vertrok hij in 1750 naar Berlijn, voltooide er zijn Siècle de Louis XIV (1751) en genoot er volop de vriendschap van den pruisischen vorst. Doch na verloop van een paar jaar rezen er allerlei geschillen tusschen hem en Frederik en in 1753 verliet hij Berlijn om zich naar het kasteel van Femey in Frankrijk te begeven, waar hij zijn overige levensjaren sleet.

Hij overleed te Parijs, toen hij die stad bezocht ter gelegenheid van de opvoering van zijn treurspel 'Irene, welke van een groot huldebetoon te zijner eere vergezeld ging. Gedurende de twintig jaren, die hij in Ferney verbleef, schreef hij eenige treurspelen, w.o. Tancrède (1760), de gedichten Le désastre de Lisbonne, La loi naturelle en Epitre à Horace (1750); verder Essai sur l’histoire générale et sur les moeurs et l’esprit des nations (1750), Dictionnaire philosophique (1764) en de1 romans Candide (1759), L’ingénu en La princesse de Babylone, benevens een groot aantal verhandelingen, memoires en pamfletten.

< >