(graaf) russ. generaal, 1784 geb.; onderscheidde zich in 1812 in den slag van Polozk, waarna hij tot generaal-majoor bevorderd werd; nam deel aan de veldtochten van 1813 en 14 en in 1828, als luitenant-generaal, aan den oorlog tegen de Turken, evenals aan den Poolschen veldtocht van 1831. In 1849 verscheen E. nogmaals op het krijgstooneel, nam deel aan den strijd bij Waizen en bij Debreczin, vervolgde daarop Görgei op den weg naar Arad en sloot met dezen 13 Aug. de beroemde capitulatie van Vilagos.
In 1855 droeg Alexander II hem het opperbevel op over het korps garde en grenadiers, dat de keizer tot dien tijd als grootvorst zelf gevoerd had. R. overl. in 1856.