Gepubliceerd op 18-03-2021

Ernst friedrich richter

betekenis & definitie

duitsch componist en theoreticus op het gebied der muziek, géb. 24 Oct. 1808, te Groszschönau (Lausitz), 1843 leeraar aan het conservatorium te Leipzig en van 1868 af cantor aan de Thomaskerk aldaar, overl. 9 April 1879; schreef: Lehrbuch der Harmonie (21ste dr. 1897), Lehrbuch der Fuge (6de dr. 1896), Lehrbuch des einfachen und doppelten Kontrapunkts (9de dr. 1897), Kathechismus der Orgel (4de dr. 1896); composities: psalmen, voor een orkest, motetten, twee missen, een Stabat mater, liederen, strijkkwartetten enz. Zijn zoon, Alfred R., geb. 1846, is eveneens componist en bekend door zijn Aufgabenbuch (voor de harmonieleer zijns vaders) en Schlüssel daarop (4de dr. 1884).

< >