Gepubliceerd op 29-01-2021

Ekzema

betekenis & definitie

Eczema, gr.: het door de hitte uitgedrevene. Algemeene naam van een reeks schijnbaar zeer verschillende vormen van huiduitslag, welke echter dit gemeen hebben dat zij allen berusten op een ontsteking der opperste, dicht onder de epidermis gelegen laag der lederhuid (zie Huid), welke laag zich door grootere weekheid en grooteren rijkdom aan bloedvaten van de overige lederhuid onderscheidt. Deze ontsteking gaat steeds vergezeld van een uitstorting van vloeistoffen (exsudaat) onder de opperhuid, of wanneer deze afgestooten is, van ophooping van vocht aan de vrije vlakte der huid. De E. verbreidt zich gewoonlijk snel over aanmerkelijke oppervlakten der huid. Bij alle vormen der E. zijn de bovenste huidlagen ingevolge de ontsteking met bloed overvuld, zoodat de aangetaste deelen er rood en gezwollen uitzien. De uit de overvulde bloedvaten tredende vloeistof heft de opperhuid omhoog, en er ontstaan hetzij blaarachtige blaasjes, die nu eens met een helderen (Eczema vetsicitlosum), dan weer met een dooretterüchaampjes troebeligen (Eczema impetiginomm) inhoud gevuld zijn, of wel de opperhuid wordt afgestooten. In het laatste geval, of wanneer de blaasjes opengaan en hun inhoud uitstorten, vormen zich door het stollende en indrogende exsudaat korsten, welke vaak een aanmerkelijke dikte verkrijgen. Is het exsudaat zeer gering, dan komt het niet tot blaasjesvorming, en de vloeistof drenkt en doorweekt alleen de lagen des opperhuids, die daarop schubsgewijs of bij grootere stukken loslaat (Eczema squamostim). Is het exsudaat zeer rijkelijk en daarbij dun vloeibaar, zoo ontstaan kleinere of grootere rood opgezwollen huidplekken, aan welke de huid allengs tengevolge van de chronische ontsteking zeer hard wordt en een gespannen en glanzig aanzien verkrijgt, voor zoover zij niet met schubben en ingedroogde exsudaatmassas bedekt wordt; deze laatste vorm draagt den naam van roode ekzeem (Eczema rnbrum) Daar in de opperste huidlaag vele zenuwen eindigen gaat de E. meest gepaard met een sterke, dikwijls onverdraaglijke jeuk. De ongesteldheid breidt zich nu eens met groote snelheid over een aanmerkelijk deel der liehaamsoppervlakte uit, beperkt zich dan weer tot bepaalde plaatsen, als het behaarde deel van het hoofd, de oogen en ooren, het gezicht, de genitaliën, de aars, de handen en voeten enz. Chronische ekzema voert meest ingevolge bindweefsel woekering tot voortdurende verdikking en hypertrophie der huid.

De oorzaken der É. zijn dikwijls uitwendige, als prikkeling der huid door hitte, wrijving, parasieten, scherpe stoffen (spaansche vliegen) en door te rijkelijk en in te sterke oplossing aangewende uitwendige middelen (carbolzuur, sublimaat enz.), mineraalwater of warme baden enz. Dikwijls echter heeft de ongesteldheid een inwendige oorzaak, meestal ziekelijke bloedmenging, welke voedingsstoornissen van den meest verschillenden aard en derhalve ook zoodanige der huid kan veroorzaken. In het bizonder ziet men scrofuleuse kinderen en bleekzuchtigen dikwijls aan hardnekkige ekzema lijden; ook staan vele E.-vormen met chronische spijsverteringsstoornissen, andere met onregelmatigheden in de menstruatie in oorzakelijk verband. De door Hebra als Eczema marginatum beschreven ekzema wordt door een plantaardige huidparasiet (Trkhoplujton) veroorzaakt. De behandeling der ekzema heeft gelijk van zelf spreekt allereerst te rekenen met de oorzaken. Zijn uitwendige prikkels op de huid de oorzaak, zoo is het euvel meest binnen korten tijd te heelen, zoolang het tenminste nog niet diep ingeworteld is. Liggen herkenbare stoornissen van het geheele organisme (serofulose, bleekzucht, syphilis) aan de ziekte ten grondslag, zoo moeten deze allereerst worden bestreden. In den nieuweren tijd geeft men de voorkeur aan uitwendige, dadelijk op de zieke huid werkende middelen, terwijl de vroeger gebruikelijke inwendige kuren zoo goed als geheel zijn verlaten, vooral omdat op de eerstgenoemde manier de voedingsstoornissen der huid het snelst en zekerst kunnen worden opgeheven; vroeger vreesde men, hoewel geheel ten onrechte, door een te ingrijpende uitwendige behandeling in de plaats van de verdreven E. meer gevaarlijke stoornissen in de inwendige organen te veroorzaken. In het eerste stadium der E. moeten alle wasschingen en baden vermeden, en uitsluitend verzachtende middelen, als Hebra’sche zalf, stijfselmeel, talk of eenig strooipoeder aangewend worden. Tot de werkzaamste middelen bij de latere stadiën der E. behoort het water, dat dan op verschillende wijze kan worden aangewend (douches, baden, plaatselijke wasschingen, met tot oplossingsmiddelen adstringeerende zelfstandigheden als aluin, lood- en zinkpreparaten), verschillende zalven, verder vaseline en lanoline om de korsten te weeken en te verwijderen, strooipoeders, groene zeep, resorcine, teerpreparaten, uitbijting der huid met bijtende kali enz.: evenwel levert, vooral bij verouderde ekzema, alleen een konsekwente en methodische behandeling uitzicht op blijvende genezing op.

< >