1) L District in Bohemen, 455VS km2., in 1900 ; 62.301 inw., 52 gemeenten; het omvat de kantons E. en Wildstein.
2) Tsjechisch Cheb, stad, hoofdpl. van het district E., aan den voet van het Fichtelgebergte, op een hoogte rechts van de rivier Eger, aan verschillende spoorlijnen in 1900 : 23,665 inw., heeft meerdere kerken, waaronder de schoone r.-kath. dekonaatskerk St. Nikolaas, eerste helft 13de eeuw gebouwd, 1892 gerestaureerd, verder een in renaissancestijl opgetrokken tentoonstellingsgebouw v. kunst (geopend Oct. 1900); aan inrichtingen van onderwijs: een hoogcr gymnasium, kweekscholen v onderwijzers en onderwijzeressen (duitsch), teeken- en modelleerschool, handelsschool; in het stadhuis (vroeger kommandantshuis geheeten) aan de Markt werd 25 Febr. 1634 Wallenstein vermoord, en des avonds te voren in den thans vervallen keizerlijken burcht de keizerlijke generaals Illo, Trcka (Terzky), Kinsky en Neumann; de door Wallenstein bewoonde kamer bevat sinds 1872 het stedelijk museum van Eger, met talrijke herinneringen aan Wallenstein en overigens voornamelijk oudheden en beeldhouwwerk. De burcht is merkwaardig door den uit lavablokken vóór het jaar 1100 gebouwden Zwarten of Heidentoren, waarin Frederik Barbarossa met Abelheid van Vohburg in den echt zou zijn verbonden. De industrie van E. strekt zich uit over fabrikage van machineriün, wollen, katoenen en geweven stoffen enz. In de nabijheid de lavakegel Kammerbhl (500 meter hoog), door Goethe beschreven; 5 km. n. Franzensbad.
Het land aan de Boven-Eger, oorspronkelijk door Nariskers en later door Slawen bewoond, werd gaandeweg gegermaniseerd, en in 1002 staatkundig met Duitschland vereenigd ; in de 12de eeuw was het een bezitting van den markgraaf Dietpold van Chain en Vohberg, door wiens dochter Adelheid, vrouw van keizer Frederik I, het aan de Staufen kwam ; in dezen tijd ontstond de stad E., die in de volgende oorlogen achtereenvolgens van Bohemers, Duitschers, Hussieten, Zweden en Franschen zwaar had te lijden. Het Egerland, welks bevolking (zie boven district E.) zich in taal, zeden, levenswijze aard, van haar naburen onderscheidt, werd na langen strijd tusschen Beieren en Bohemen ten slotte bij laatstgenoemd land gevoegd.