(ambtelijke afkorting Del.) Naast Rhode-Island de kleinste van de vereenigde staten van N.-Amerika, ligt tusschen 38° 28”— 38° 50' N. B. en 75° 4-75° 46' W. L. v. Gr, is 5309 km2, groot en beslaat het oostelijk deel van het door de Delaware- en de Chesapeakebaai gevormde schiereiland; de staat D. grenst ten n. aan Pennsylvanië, ten w. en z. aan Maryland, ten o. aan den Atlantischen oceaan, de Delawarebaai en de Delawarerivier; de bodem is in het z. vlak, in het n. heuvelig; het westelijk deel, een laag, smal plateau, is hier en daar zeer moerassig. D. bestaat in hoofdzaak uit tertiaire, in het z. uit kwartaire vormingen; in het n. treedt de krijtformatie op en het bergstelsel der Appalachen bereikt met zijn oudere gesteenten de uiterste noordgrens. De hoofdrivieren zijn de Brandiwyne en de Christiania. Het klimaat is zacht, zeer gunstig voor allerlei cultures, alleen in de moerassige streken ongezond; gemiddelde jaartemperatuur 12 gr. C. D. levert ongeveer alle europeesche veld- en tuingewassen op en bevat uitgestrekte landbouwdistricten ; Dover is het centrum van den belangrijken ooftbouw (vooral perzikken); overigens worden voornamelijk mais en haver verbouwd. De bodem bevat eenig ijzer en overigens toonaarde, porceleinaarde, mergel en kalksteen. D. had in 1900:184.735 inw. (waaronder rm. 35.000 kleurlingen), ijzerindustrie, scheepsbouw, fabrikage van katoenwaren, spoorwegwagons, kunstmest en papier, voorts handel in ooft enz. De gouverneur en de 9 leden, die den senaat uitmaken, worden voor vier jaren, de 21 afgevaardigden voor twee jaren gekozen; de staat zendt 1 afgevaardigde naar het huis van afgevaardigden van het congres; D. is verdeeld in 3 counties of districten: Kent, New-Castle en Sussex; hoofdstad is Dover, de grootste stad is Wilmington.
D werd in 1637 onder Gustaaf Adolf door de Zweden gekoloniseerd en Nieuw-Zweden gedoopt; te New-Castle bevindt zich nog de oude zweedsche kerk; het land werd daarop in 1655 door de Nederlanders veroverd en door deze in 1664 aan de Engelschen afgestaan; Karel II gaf het in 1682 met Pennsylvanië aan William Penn, in 1701 echter werd het weer van Pennsylvanië gescheiden; bij de afscheiding van het moederland in 1776 kreeg ook D. een nieuwe, in 1792 gewijzigde grondwet ; hoewel een slavenstaat zijnde, voegde D. zich niet bij de confederatie der zuidelijke staten.
