Gepubliceerd op 20-01-2021

Cytisus

betekenis & definitie

L. Gouden regen. Plantengeslacht van de familie der Papilionaceeën, met een 40-tal soorten, hoofdzakelijk in het gebied der Middell. zee en op de Canarische eilanden, heesters of boomen met 3-tallige bladen en meest gele bloemen, die gewoonlijk in hoofdjes of trossen staan.

In Nederland komen voor C Lalnirnu in (Laburnum vulgare Gris ), de gewone gouden regen (bladen lang gesteeld, trossen veelbloemig, hangend, okselstandig, bladen van onderen, evenals de bloemstelen en de peulen, behaard, bloemkroon goudgeel; deze plant, een vergiftige «ierstruik wordt van 3 tot 5 meter hoog), C n- s s 11 i! <> 1 i u s d*‘ ongesteeldbladige gouden regen (bladen zeer kort gesteeld, de bovenste zelfs zittend, trossen 4- tot 8-bloenng, blaadjes kaal, het middelste van elk drietal rondachtig eirond, de beide zydelingsche bijna ruitvormig; takken, bloemstelen en peulen niet behaard, bloemkroon goudgeel; sierstrmk uit Midden-Europa, wordt tot l m hoog); C purpureus, de roode gouden regen (bloemkroon purper tot roserood, zelden wit, bloemen zijstandig, meest m paren; peul onbehaard, sierstrmk mt noordelijk Italië enz); C capitatus, de hoofdjes — vormende gouden regen (bloemen in eindelingsche hoofdjesachtige schermen soms ook tevens zydetingsehe; bladen aan weerszijden eenigszins behaard, takken en bladstelen ruw behaard, bloemkroon vuilgeel, later van binnen roodgeel; mede een sierstruik); C el on gat us, de langtakkige gouden regen (bloemen zijstandig, meest 4 tot fi in trossen bijeen, blaadjes, takjes en kelken eenigszins soms behaard, stam rechtopstaand, bloemkroon lichtgeel, sierstruik uit Hongarije) Be eerstgenoemde soort is een veelvuldig m tuinen en in meerdere variëteiten gecultiveerde gezochte sierplant; de bladen en zaden ervan werden vroeger m de geneeskunde gebezigd; de onaangenaam bitter en scherp smakende zaden bevatten cytisine, hetgeen in kleuren reuklooze kristallen kan worden verkregen, bitter en zwak brandend smaakt, licht oplos- en suhlimeerbaar is, sterk alkalisch reagaert, meest vervluchtigende zouten vormt, en krachtig op het ruggemerg, de penpherisch-motorisehe zenuwen en op de centrale organen der ademhaling werkt, in elk dezer gevallen eerst opwekkend, vervolgens verlammend; ook de bladen en de schors dezer plant zijn vergiftig; het hout is zeer hard, wordt met den tijd bruinzwart, (onecht ebbenhout), en dient voor het vervaardigen van wiskundige en muziekinstrumenten Be plant stelt zich met de magerste en droogste gronden tevreden, doch gedijt het best in kalkgrond.

< >