Gepubliceerd op 20-01-2021

Cilli

betekenis & definitie

1) District, zonder de stad C., in Stiermarken; 2003:!/4 km2, groot, 132.000 inw., 87 gemeenten, omvat de rechtsgebieden C., Franz, Gonobitz, St. Marein, Oberburg en Tiiffor.

2) C., slawisch: Celje, stad, zetel van het bestuur van het district C.. 210 m. boven zeespiegel, aan den linkeroever der Sann, in een schilderachtigo landstreek aan de spoorlijn Weenen-Triest; er is een museum van romeinsche oudheden; de stad drijft handel in hout, ijzer, leer, graan en steenkool uit de omgeving; zij telt 6500 inw.
C. was in den tijd van de heerschappij der Romeinen een belangrijke stad; de plaats werd ten tijde der Kelten gesticht; Plinius vermeldt haar reeds, onder den naam Celejas; in 15 v. Chr. kwam zij aan de Romeinen en kreeg toen den naam Claudia Celeja; 50 jaar later werd zij door keizer Clandius tot een municipium verheven. In romeinsche geschiedwerken wordt C. Troja secunda genoemd. De zich hier bevindende Marstempel was in het geheele rijk beroemd; het christendom vond vroeg ingang in C., en ten tijde van Constantijn den Groote, werd het bij de kerkprovincie Aquileja ingelijfd; in 595 werd de stad door de voortdringende Slawen verwoest Een nieuwe bloeitijd had C. onder het geslacht der graven van Cilli, waarvan de eerste. Erederik van Soneck, in 1311 tot graaf van C. werd verheven; onder zijn opvolgers waren graaf Herman I (overl. 1385), gehuwd met eene dochter van koning Stephan I van Bosnië, Frederik II, Herman III (overl. 1126) en Ulrich III (overl. 1156) machtige vorston. Het graafschap C. kwam onder keizer Friedrich III aan Oostenrijk.

< >