s. Angustistellata.
Familie van Sterdieren of Stekelhuidigen, Astrozoa s. Echinodermata, van de klasse der Zee-egels, Echinoidea; de tot deze familie behoorende leden worden voorn. gekenmerkt door de zeer smalle ambulacraalvelden & de veel breedere i nterambulacraalvelden; voorts zijn de plaatjes der eerste elk van slechts twee poriën voorzien; de gedaante der schaal is over het algemeen die van een eenigszins afgeplatten bol; de op de plaatjes voorkomende knobbeltjes zijn klein, korrelig; dergelijke komen ook op de interambulacraalvelden voor, benevens op twee rijen geplaatste grootere, elk een halfbolvormige verhevenheid vormende, waarop de zeer dikke en gewoonlijk lange stekels geplaatst zijn, die zich meestal naar het midden verdikken en bij de meeste soorten (alleen het geslacht Leiocidaris niet) met op regelmatige rijen geplaatste knobbelige doorntjes bezet zijn; de schaalmond (peristoma) is gewoonlijk wijd en langs den rand niet ingesneden; het mondvlies is met kalkplaatjes bedekt; mondkieuwen ontbreken; het topveld is saamgesteld uit vijf genitaalplaatjes en vijfoogplaatjes. Geslachten: Cidaris, Rhabdocidaris, Diplocidaris, Goniocidaris, Porocidaris enz. De levende soorten behooren tot de geslachten Cidaris, Goniocidaris en Leiocidaris, en houden zich allen in de zee op; in de Middell. zee leven Cidaris hystrix en Cidaris Stokesii, de overige, trouwens weinige levende soorten in de tropische en subtropische zeeen van het oostelijk halfrond. Veel grooter in het getal der fossielesoorten, waarvan de oudste in het triasstelsel de meeste in de jura- en krijtperioden zijn gevonden.