Charles du fresne du cange

betekenis & definitie

(sieur).Fransch geleerde, geb. te Amiens 1620, overl. te Parijs 1688, opgeleid aan het College der Jezuïeten in zijn geboorteplaats, studeerde te Orléans in de rechten, bekleedde daarop te Amiens en elders allerlei landsbetrekkingen, doch hield zich intusschen met verschillende studiën bezig; elk zijner talrijke werken is een model van eruditie ; behalve edities van Joinville (1668), van Joannes Cinnamus, van de Historici byzantina (1680), enz., gaf hij in het licht: Histoire de l’empire de Constantinople sous les empereurs français (1657); Traité historique du chef de saint Jean-Baptiste (1665); In Bryennii, Comnenai et Cinnami historiam notae (1670) ; Glossarium ad scriptores mediae et infimae latinitatis (1678), sinds voortgezet door dom Carpentier, Henschel en Favre; Glossarium ad scriptores mediae et infimae graecitatis (1688). Na zijn dood verschenen nog : Dissertatio de portu Iccio (1694); Illyricum vetus et novum (1746); Dissertatio de imperat. Constant, seu Inferioris aevi numismatibus (1755) ; Histoire de l’e'tat de la ville d'Amiens (1840) ; les Familles d'outre-mer (1869).