Zwitsersch natuurvorscher en philosoof, geb. 13 Maart 1720 te Genève, werd, door bemiddeling van Róaumur, op zijn eerste verhandeling, waarin hij de ware aard van de larven der bladluizen deed kennen, reeds op 20-jarigen leeftijd correspondeerend lid van de Academie des sciences te Parijs, nam daarop aan den arbeid van Trembley ten opzichte der Polypen deel, deed waarnemingen omtrent de ademhaling van rupsen en vlinders en omtrent den bouw der lintwormen, was van 1752—16 medelid van den Grooten raad zijner geboorteplaats, moest om zijn gezichtsvermogen te sparen zijn zoölogische waarnemingen met het microscoop staken, en begon zich toen meer aan de philosophie te wijden. Hij stierf 20 Juni 1793 op zijn landgoed Genthod aan het meer van Genève.
Uitgaande van de waarneming *der natuur, en het empirisme van Locke huldigend, schiep B. zich een eigen wijsgeerig stelsel, dat hij met zijn godsdienstige overtuiging in overeenstemming zocht te brengen Een teleologische richting volgen zijn geschriften Traité cl'insectologie, ou observations sur les pucerons (Parijs 1745) en Becherches sur l’usage des feuilles dans les plantes (Leiden 1754). Zijn Essai de psychologie ou considérations sur les opérations del’cerne (1755), en Essai analytique sur les facultés de l’âme (1760) zijn zijn eerste wijsgeerige geschriften. In de Considérations sur les corps organisés (Amsterdam 1762) onderzocht hij de verschillende theoriën omtrent de voortplanting en neemt hij een preformatie der kiemen aan; in de Contemplation de la nature geeft hij een bevattelijk overzicht over de natuur, in Palingénésie philosophique ou idées sur l’état passe' et l’état futur des êtres vivantes zoekt hij de christelijke openbaringsleer met de nieuwe vorderingen en ontdekkingen der wetenschap in overeenstemming te brengen, waarover hij door Voltaire heftig werd aangevallen ; Lavater bewerkte een deel van laatstgenoemd werk in het duitsch, onder den titel : Philosophische Untursuchung der Beiveise fiér das Christenthum (Zurich 1771). B. gaf zelf zijn Œuvres complètes d’histoire naturelle et de philosophie (8 dln., Bern, 1779-83, en 18 dln., 1779-88) in het licht.