Gepubliceerd op 20-01-2021

Braga

betekenis & definitie

1) ook Brage, en Bragi. In de noorsche godenleer de god der dichtkunst, zoon van Odin en Freya, wordt voorgesteld in de gedaante van een oud man met langen baard; zijn echtgenoote, Iduna, is de godin der onverwelkbare jeugd, het zinnebeeld der poëzie.

2) Beker van Braga, Bragarfull, bij de oude Noren een drinkbeker, die de koningen voor hunne troonsbeklimming moesten ledigen; ook naam van den beker die rondging bij de offerdiensten ter gedachtenis aan gevallen helden.
3) Braga, naam van een op het einde van 1842 bij Paddenburg en Co. verschenen „Tijdschrift heel in rijm” hetwelk „in die dagen als een geheimzinnig spook verrees, en rechts on links felle slagen uitdeelde en niet weinig opschudding veroorzaakte onder het zichzelf in slaap zingend poëtendom”; van dit tijd schrift verschenen twee jaargangen; de bewerkers van den eersten jaargang bleven langen tijd verborgen, en bleken later J. J. L. ten Kate en A. Winkler Prins geweest te zijn; beide jaargangen werden later meermalen (1863, 1882) in ander formaat opnieuw uitgegeven.

< >