Gepubliceerd op 20-01-2021

Bevergeil

betekenis & definitie

(lat. castoreum; fr. castoréum ; duitsch Bibergeil; eng. castoreum). Een door de bevers, mannetjes zoowel als wijfjes, in twee buidelvormige, nabij de geslachtsdeelen gelegen klieren afgescheiden stof; bij het levende dier is het B. dikvloeibaar; in den handel komt het gedroogd voor, soms nog omgeven door de 7 cM. lange, 5 cM. breede buidels, die glad en zwartbruin van kleur zijn; het gedroogde B. is een doffe, vettige massa, van buiten zwart, van binnen lichter van kleur, gemakkelijk saam te drukken, onaangenaam van reuk, bijtend, bitter van smaak.

Men onderscheidt hoofdzakelijk twee soorten:1e het Siberische, russische of moskovitische en poolsche;
2e het canadasche of engelsche.

Het eerste is het beste en werd vroeger veel in de geneeskunde gebruikt, hetgeen thans weinig of in het geheel niet meer het geval is. Het B. wordt op verschillende manieren nagemaakt, hetwelk dikwijls moeilijk te herkennen is. Het behoort tot de etherische middelen en wordt of werd als pijnstillend, zenuwprikkelend en anti-hystorisch middel gebruikt.

Bij elken bever komen twee buidels of ballen met deze stof voor; de stof zelf is doorweven met witte en roodachtige overdwars met elkander verbonden draadjes; op eenigen afstand van den waarnemer geplaatst geeft het een muskusachtige geur; van nabij is de reuk voor velen geheel onuitstaanbaar. Zuiver B. is oplosbaar in alcohol, en levert hiermede een harsachtige tinctuur op, die door bijvoeging van water melkwit wordt; ook ether lost het B. op; wanneer bij deze op- : lossing water wordt gevoegd, komen er oogen aan de oppervlakte, die bijeenverzameld een soort olie, bevergeil-olie (oleum castorci) vormen.

< >