Staal bereid naar de door Henry Bessemer gevonden methode, waarop hij in 1855 patent nam. Deze methode bestaat in het persen van een stroom dampkringslucht door het vloeibaar ruwijzer, waardoor hieraan zooveel koolstof wordt ontnomen, dat onmiddellijk staal wordt gevormd, hetwelk door de verhooging der temperatuur die bij dit proces plaats vindt (door het verbranden van een deel der koolstof, van een kleine hoeveelheid ijzer en van de vreemde bestanddeelen der grondstof, als silicium, aluminium, zwavel, phosphor enz.) vloeibaar blijft en in vormen gegoten kan worden.
De bereiding van B. kan op twee verschillende manieren geschieden, n.l. op die welke in Zweden en hier en daar in andere landen ingang heeft gevonden, en op die welke in Engeland wordt gevolgd (Zweedsche en Engelsche methoden. Zie Staal.) Het B. wordt gebruikt voor het maken van stoomketels, wielranden, assen, spoorstaven, kanonnen en vele anderen zware voorwerpen, die een groot weerstandsvermogen moeten bezitten; minder geschikt is het bevonden voor werktuigen die een blijvende scherpe snede moeten hebben, als beitels, boren, enz.