Gepubliceerd op 20-01-2021

Beda frans dudik

betekenis & definitie

Geschiedschrijver, geb. 29 Jan. 1815 te Kojetein bij Kremsier, werd te Brünn en te Olmütz opgeleid, trad in 1836 in de orde der Benedictijnen, ontving in 1840 de priesterwijding, werd in 1855 privaatdocent aan de hoogeschool te Weenen, in 1859 historiograaf van Moravië, bezocht om de oude archieven te raadplegen vele europeesche landen, (in 1870 ook Nederland), en overl. 18 Jan. 1890. Zijn hoofdwerk is de „Algemeene geschiedenis van Moravië” (dl. 1—10, Brünn, 1860—82, in het duitsch).

< >