(Don) keizer van Mexico, geb. 27 Sept. 1783 te Valladolid de Michoacan (thans Morelia) in Mexico, als zoon van een spaansch edelman en een creoolsche, leefde in 1810 tijdens den eersten opstand op zijn goederen en nam daaraan geen deel. Later voerde hij met goed gevolg, op verzoek van den onderkoning Apodaca, het bevel over de krijgsmacht zijner provincie tegen de opstandelingen en bracht hun meerdere nederlagen toe.
In 1816 keerde hij op zijn goederen terug, maar werd in 1821 door den onderkoning met het bevel over het leger belast. Hij sloot zich nu meer en meer bij de opstandelingen aan, plaatste zich eindelijk aan hun hoofd en besteeg in Juni 1822 als keizer den troon van Mexico. Weldra echter verhief zich tegen hem een machtige partij en reeds 20 Maart 1823 werd hij genoodzaakt af te treden. Het congres stond hem een jaargeld toe, onder voorwaarde dat hij zich in Italië zou vestigen. Hij behield intusschen in Mexico grooten aanhang en keerde in 1824, op het bericht dat een samenzwering te zijnen gunste gevormd was, vermomd derwaarts terug. Hij werd echter herkend, gevangen genomen en 19 Juli 1824 te Padilla doodgeschoten.
