groothertog van Oldenburg, 1829—53, oudste zoon van hertog Peter Friedr. Ludw. en prinses Elizabeth van Württemberg; hij werd geb. 13 Juli 1783 op het slot Rastede; na het bezetten van Oldenburg door de Franschen (1811) ging hij met zijn vader naar Rusland; in 1816 teruggekeerd huwde hij in 1817 met prinses Adelheid van Anhalt-Bernburg (overl. 1820) en in 1825 met Ida, haar zuster (overl. 1828); bij zijn inhuldiging, 21 Mei 1829, nam hij den titel van groothertog aan, welke titel door het Weener congres aan de regenten van Oldenburg was toegestaan, doch door A’s vader niet gevoerd was geworden; in 1831 huwde hij met Cecilia, jongste dochter van den Zweedschen koning Gustaaf IY Adolf, die in 1844 stierf.
Uit zijn eersten echt werden geboren de prinsessen Amalia, later koningin van Griekenland, en Friederike (overl. 20 Maart 1891) ; uit zijn tweeden echt: groothertog Peter, uit zijn derden echt: hertog Anton Günther Friedrich Elimar (geb. 23 Jan. 1844). A. stierf 27 Februari 1853 en werd opgevolgd door zijn zoon Peter.