Hemelvaartseiland. Een tot de jurisdictie der engelsche admiraliteit behoorend eenzaam gelegen eiland in den Atlantischen Oceaan, onder 7° 57' Z.B. en 14° 21' W.L. v.
Gr., ongeveer 1300 km. z.w. van Sint-Helena en 1500 km. van het naaste punt van het vasteland van Afrika (kaap Palmas); oppervlakte 98 km.2, 300 bewoners; het eiland verkreeg zijn naam wijl het door den in dienst van Portugal staanden spaanschen zeevaarder Juan de Nova Callego op Hemelvaartsdag (1501) ontdekt werd. Het is van vulkanischen oorsprong en bereikt met zijn naakte rotsruggen en met lava en vulkanische asch bedekte vlakten zijn hoogste punt in den 860 meter hoogen Green-Mountain. Het bevat een sanatorium voor britsche soldaten, gestationeerd aan de kust van Guinea. Behalve in varen- en grassoorten is het plantenrijk hier nog slechts door enkele struikgewassen vertegenwoordigd. Ratten komen in groote menigte voor en vormen een ware plaag; gedurende de eerste maanden des jaars worden massa's reuzenschildpadden, waaronder van meer dan 300 kg. zwaarte, gevangen. A. werd in 1815 door de Engelschen bezet en toen als wachtpost tegen een poging van Napoleon om van Sint-Helena te ontsnappen ingericht. De hoofdplaats is Georgetown, aan de n.w. zijde.