De regeling der armenbedeeling. „Het armbestuur is een onderwerp van aanhoudende zorg der Regeering, en wordt door de wet geregeld. De koning doet van de verrichtingen dienaangaande jaarlijks een uitvoerig verslag aan de Staten-Generaal geven.” Grondwet, art. 193.
Het wetsontwerp tot regeling van het Armbestuur, met memorie van toelichting, werd - der Tweede Kamer der Staten-Generaal toegezonden bij koninklijke boodschap van 3 Dec. 1853; de commissie van rapporteurs bracht voorloopig verslag uit op 23 Maart 1854; de beraadslagingen werden geopend 10 Mei 1854; het wetsontwerp werd in de zitting van 23 Mei 1854 met 37 tegen 28 stemmen door de Tweede Kamer aangenomen; in hare zitting van 15 Juni 1854 kwam het aangenomen ontwerp in bij de Eerste Kamer, 24 Juni bracht de commissie van rapporteurs verslag uit; de beraadslagingen hadden plaats op 26 Juni 1854 en het ontwerp werd dienzelfden "dag aangenomen met 26 tegen 5 stemmen.
De wijzigingswet van 1 Juni 1870 (staatsbl. n. 85) kwam met memorie van toelichting bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal bij koninklijke boodschap van 23 Sept. 1869 in; de beraadslagingen hadden plaats 4-8 April 1870; in de zitting van 8 April werd het ontwerp aangenomen met 54 tegen 14 stemmen; het ontwerp kwam in bij de Eerste Kamer der Staten-Generaal in de zitting van 18 Mei 1870; de beraadslagingen hadden plaats op 27 Mei en het ontwerp werd dienzelfden dag met 32 tegen 4 stemmen aangenomen.