president van Venezuela, nam reeds in zijn jeugd deel aan den politieken strijd en werd 8 Juni 1865 vice-president der republiek, streed daarop onder generaal Falcon voor de zaak der liberalen (zie Venezuela, geschiedenis), bemachtigde 27 April 1870 na een strijd van drie dagen de stad Caracas, en trad nu aan de spits van een voorloopige regeering; daarop liet hij zich door een inderhaast te Valencia bijeengeroepen congres der opgestane departementen tot voorloopig president der republiek kiezen; zijn dictatuur eindigde met zijn verkiezing tot president (20 Febr. 1873). G. streefde ernaar den vrede te bewaren, verbeterde het staatskrediet, stichtte scholen,, liet wegen, bruggen en havens aanleggen, en zocht bovenal het stoffelijk welzijn desjands te verhoogen.
In Juni 1874 deed hij een poging om te komen tot opheffing der kloosters. Nadat hij in 1877 zijn ambt had nedergelegd, werd hij in 1879 herkozen en was nu president tot 1884, en later nogmaals van 1886—87; daarop ging hij naar Parijs, waar hij 28 Juli 1899 stierf. Hoewel G. in zijn optreden dikwijls tiranniek was, heeft Venezuela dezen president veel goeds te danken.