Amor of Eros (zie aldaar) de god der liefde tusschen de beide sexen, en Psyche (zie aldaar) de personificatie der menschelijke ziel, meestal voorgesteld als een meisje met vlindervlerken, zijn door de kunst op verschillende wijze met elkander in verbinding gebracht. In verband met de sagen der Ouen, betreffende deze twee figuren duidde Appulejus hunne verhouding tegenover elkander als volgt aan: Een koning had drie dochters, waarvan Psyche, de jongste en schoonste, de liefde opwekte van Amor, die haar, zonder eene voor stoffelijke oogen zichtbare gedaante aan te nemen, meevoerde en overbracht naar een heerlijk schoon en eenzaam oord, waar zij in liefde leefden, zonder dat Psyche haar geliefde ooit met hare stoffelijke oogen aanschouwde; hare zusters, afgunstig en nieuwsgierig, drongen er bij haar op aan dat zij tegen Amor’s wensch begeeren zou diens gestalte te zien; zij gaf daaraan gehoor, doch werd nu door Amor verlaten.
Onder velerlei wederwaardigheden zocht zij hem terug en vond hem eindelijk; haar lijden had haar in de oogen der godheid van hare schuld gereinigd en zij werd weder voor eeuwig met hem vereenigd en baarde een dochter, Gelukzaligheid geheeten.
