(fransch alteration.) In het algemeen : een verandering ten kwade, eene ongunstige wijziging; de alteratie van stoffen, schilderijen enz. is het verbleeken, verschieten daarvan, alteratie der organen is verslapping daarvan, alteratie in zeden en gebruiken doelt op zedenbederf enz. Alteratie beteekent ook een hevige ontroering, schrik of ontsteltenis, die zich op het aangezicht afspiegelt of zich in den veranderden klank der stem openbaart; de franschen bezigen dit woord in laatstbedoelde beteekenis in zinnen als: II n’entendit pas ces paroles sans une altération visible, of: l’altération de sa voix annonçait une émotion profonde.
Bij geld gebruikt beduidt alteratie vervalsching, namaak, terwijl het ook nog beteekent: brandende dorst.