y Aragoïi, (Don) spaansch dichter en geleerde, geb. te Triana 1775, een voorstad van Sevilla, overl. te Sevilla 1848, studeerde aan de universiteit dezer stad, werd op 15-jarigen leeftijd professor in de meetkunde, verloor door den inval der Franschen zijn ambt als leeraar, moest echter als vriend der Franschen (Afrancesado) in 1813 Spanje verlaten en kon eerst in 1817 terugkeeren. Toen gaf hij onderricht in Bilbao en Madrid, en werkte mede aan verschillende tijdschriften.
In 1823 werd hij weder genoodzaakt naar den vreemde te wijken, hij verbleef nu te Bayonne, Parijs en Londen tot 1833, toen het hem weder vergund werd zich in Spanje te vestigen. Nu zette hij zich als leeraar neder te Madrid, Cadix en eindelijk te Sevilla. Van zijn werken zijn vermaard: Poesias (1829), Lecciones de literatura dramatica espanola (lessen in spaansche dramatische letterkunde 1839) en Ensayos literarios criticos (1844).