(zelfstandig naamwoord)
[alg.] zelfje, zelfkiekje, zelfie
- De taalvirtuoos kwam met het woord otofoto voor het zelfje. Toch denk ik daarbij eerder aan een zelfontspanner.
- Een zelfie is bijna altijd een 'ik-plusfoto', ja 'bijna altijd, want vaak ontbreekt zelfs die 'plus'.