Werkwoorden vervoegen
regionaliseren
Tegenwoordige tijd regionaliseren
Ik regionaliseer
Jij regionaliseert
regionaliseer jij?
U regionaliseert
Hij/Zij/Het regionaliseert
Wij regionaliseren
Jullie regionaliseren
Zij regionaliseren
Verleden tijd van regionaliseren
Ik regionaliseerde
Jij/U regionaliseerde
Hij/Zij/Het regionaliseerde
Wij regionaliseerden
Jullie regionaliseerden
Zij regionaliseerden
Voltooid deelwoord van regionaliseren
geregionaliseerd
Tegenwoordig deelwoord van regionaliseren
regionaliserend