Werkwoorden vervoegen
ontduiken
Tegenwoordige tijd ontduiken
Ik ontduik
Jij ontduikt
ontduik jij?
U ontduikt
Hij/Zij/Het ontduikt
Wij ontduiken
Jullie ontduiken
Zij ontduiken
Verleden tijd van ontduiken
Ik ontdook
Jij/U ontdook
Hij/Zij/Het ontdook
Wij ontdoken
Jullie ontdoken
Zij ontdoken
Voltooid deelwoord van ontduiken
ontdoken
Tegenwoordig deelwoord van ontduiken
ontduikend