Werkwoorden vervoegen
kwakzalven
Tegenwoordige tijd kwakzalven
Ik kwakzalf
Jij kwakzalft
kwakzalf jij?
U kwakzalft
Hij/Zij/Het kwakzalft
Wij kwakzalven
Jullie kwakzalven
Zij kwakzalven
Verleden tijd van kwakzalven
Ik kwakzalfde
Jij/U kwakzalfde
Hij/Zij/Het kwakzalfde
Wij kwakzalfden
Jullie kwakzalfden
Zij kwakzalfden
Voltooid deelwoord van kwakzalven
gekwakzalfd
Tegenwoordig deelwoord van kwakzalven
kwakzalvend