Werkwoorden vervoegen
islamiseren
Tegenwoordige tijd islamiseren
Ik islamiseer
Jij islamiseert
islamiseer jij?
U islamiseert
Hij/Zij/Het islamiseert
Wij islamiseren
Jullie islamiseren
Zij islamiseren
Verleden tijd van islamiseren
Ik islamiseerde
Jij/U islamiseerde
Hij/Zij/Het islamiseerde
Wij islamiseerden
Jullie islamiseerden
Zij islamiseerden
Voltooid deelwoord van islamiseren
geïslamiseerd
Tegenwoordig deelwoord van islamiseren
islamiserend