Werkwoorden vervoegen
fundamentaliseren
Tegenwoordige tijd fundamentaliseren
Ik fundamentaliseer
Jij fundamentaliseert
fundamentaliseer jij?
U fundamentaliseert
Hij/Zij/Het fundamentaliseert
Wij fundamentaliseren
Jullie fundamentaliseren
Zij fundamentaliseren
Verleden tijd van fundamentaliseren
Ik fundamentaliseerde
Jij/U fundamentaliseerde
Hij/Zij/Het fundamentaliseerde
Wij fundamentaliseerden
Jullie fundamentaliseerden
Zij fundamentaliseerden
Voltooid deelwoord van fundamentaliseren
gefundamentaliseerd
Tegenwoordig deelwoord van fundamentaliseren
fundamentaliserend