Werkwoorden vervoegen
broodroven
Tegenwoordige tijd broodroven
Ik broodroof
Jij broodrooft
broodroof jij?
U broodrooft
Hij/Zij/Het broodrooft
Wij broodroven
Jullie broodroven
Zij broodroven
Verleden tijd van broodroven
Ik broodroofde
Jij/U broodroofde
Hij/Zij/Het broodroofde
Wij broodroofden
Jullie broodroofden
Zij broodroofden
Voltooid deelwoord van broodroven
gebroodroofd
Tegenwoordig deelwoord van broodroven
broodrovend