ZUIGNAPJE, o. (-s), spierachtige zuigorganen in den vorm van holle schijfjes waarmede verschillende waterbewoners zich aan verschillende voorwerpen vasthechten;
...PAPIER, o. vloeipapier;
...PIJP, v. (-en), deel eener pomp; (heelk.) zeker werktuig;
...PLANT, v. (-en), woekerplant;
...POMP v. (-en), pomp waarin het water door middel van een zuiger wordt omhooggevoerd;
...POPJE, o. (-s), zuigdotje;
...SLANG, v. (-en), brandslang om het water in de spuit op te zuigen;
...SNAVEL, m. (-s), snavel van sommige dieren (b.v. van spinnen, muggen enz.) tot zuigen ingericht;
...SNUIT, m. (-en), zuigsnavel;
...SPONNING, v. (-en), sponning waaraan iets luchtdicht sluit;
...SPRIET, m. (-en), zuigsnavel;
...VISCH, m. (...sschen), (nat. hist.) een stekelvinnige visch (echeneis remora en naucrates), tot de familie der grondels behoorende, die eene lengte van een paar voet bereikt en zich door een zonderling zuigorgaan boven op den kop onderscheidt; hij bewoont de Middellandsche Zee en komt ook bijwijlen in den Grooten Oceaan voor;
...WORM, m. (-en), zekere ingewandsworm (tremadotes);
...WORTEL, m. (-s), wortel eener plant die de voedende sappen opzuigt.