Gepubliceerd op 24-02-2020

Schokken

betekenis & definitie

Het begrip schokken heeft 2 verschillende betekenissen:

1. schokken - schokken - (schokte, heeft geschokt), schudden, rukken, bonzen, stooten : die wagen schokt erg; het schip schokt;
— schokken krijgen, hossebossen : wij schokten hevig op dien ongelijken weg;
— (fig.) hevig aandoen, nadeelig werken op : die droeve tijding schokte zijne gezondheid;
gulzig eten : wat zit hij daar te schokken!; gulzig te eten geven. SCHOKKING, v. (-en), het schokken (in alle bet.).

2. schokken - schokken - (schokte, heeft geschokt), bij zestigtallen aftellen.

< >