Gepubliceerd op 22-11-2018

Rarigheid

betekenis & definitie

RARIGHEID v. zeldzaamheid, vreemdheid; zoo’n rarigheid gevoelen, eene aandoening die men niet nader kan of wil beschrijven;

—, (...heden), rare, vreemde, zeldzame zaken; zonderlingheid; hij doet den laatsten tijd allerlei rarigheden.
RARIGHEIDJE, o. (-s), hij houdt wel van een rarigheidje.

< >