KINDERJAREN, o. mv. kindsheid;
...JASJE, o. (-s);
...JUFFER, v. (-s);
...JUFFROUW, v. (-en), om op de kinderen te passen, er toezicht op te houden;
...JURK, v. (-en);
...KAART, v. (-en), kaart, toegangsbewijs, enz. voor kinderen, vaak voor verminderd tarief;
...KAK. m. (plat) gezeur, gezanik, flauwe domme praat: kinderkak verkoopen\
...KAMER, v. (-s), verblijf-, wasch- of leerkamer der kinderen;
...KERK, v. godsdienstoefening voor kinderen;
...KLAP, m. kinderpraat;
...KLEED, o. (...kleeren);
...KLEEDING, v.
...KLEERTJES, o. mv. kleeding voor kleine kinderen;
...KONING, m. (-en), (fig.) schoolmeester, schoolvos, schoolmonarch;
...KORF, m. luiermand; den kinderkorf maken, vader zijn van een onwettig kind;
...KOST, m. voedsel, voor kinderen geschikt;
...KUUR, v. (...kuren);
...LECTUUR, v. lectuur voor kinderen;
...LEED, o. leed, verdriet der kinderen;
...LEER, v. (R.-K.) catechismus
...LEVEN, o.;
...LIED, o. (-eren);
...LIEFDE, v. liefde der ouders voor het kind; liefde der kinderen tot hunne ouders, kinderlijke liefde.