HUISVLIJT, v. industrie die in huis kan worden uitgeoefend (mandenmaken, houtsnijden enz.): school voor huisvlijt;
—SCHOOL, v. (...scholen);
—TENTOONSTELLING, v. (-en);
...VOGEL, m. (-s), vogel dien men, in eene kooi opgesloten, in huis heeft;
...VOLK, o. gezamenlijke bewoners van een boerenhuis, huisgezin; de gezamenlijke bedienden van een huis;
...VREDE, m. de rust of vrede in huis : den huisvrede verbreken; bijzondere bescherming door de wet die iem. in zijn huis geniet.