Gepubliceerd op 02-09-2018

Domicilieeren

betekenis & definitie

DOMICILIEEREN, (domicilieerde, heeft gedomicilieerd), (kooph.) een wissel domicilieeren, de wettige betaalplaats van een wissel aanwijzen;

hij is te A. gedomicilieerd, zijne vaste woonplaats is te A.;
zich domicilieeren, zich metterwoon vestigen;
— (recht.) zijn domicilie kiezen.

< >