DISPOSITIE, v. beschikking, inrichting; aanleg; ontwerp eener rede; quitantie, aangeboden met het doel om betaling te vorderen; gemoedsstemming;
— vatbaarheid, aanleg voor eene ziekte;
— ik stel mij (ik ben) tot uwe dispositie, gij kunt over mij beschikken: bij ministerieele dispositie.