BOVENHUIS, o. (...huizen), bovendeel van een huis, afzonderlijk verhuurd en doorgaans met afzonderlijken ingang;
— enkel, dubbel bovenhuis, uit ééne, twee verdiepingen bestaande;
— anderhalf bovenhuis, met twee verdiepingen aan de straatzijde en ééne verdieping aan den achterkant;
— een vrij bovenhuis, met afzonderlijken opgang;
— (molenb.) het vierkante bovengedeelte van een wipmolen, dat op den toren of het onderhuis staat en om een koker gekruid wordt.